woensdag 13 november 2019
Dilys_04.JPG

Hout in het Frans

Als je school clil't, geeft ze één of enkele niet-taalvakken zoals wiskunde, economie, LO, huishoudkunde, hout of onderdelen ervan in het Engels, Frans of Duits. Clil'en kan zowel in de basisvorming, in het complementaire als in het specifieke gedeelte van de studierichting. Een CLIL-les realiseert in de eerste plaats de leerdoelen van het zaakvak, daarnaast bevordert ze de taalvaardigheid van de leerlingen in de CLIL-taal en hun interculturaliteit. Interview met Dilys Vyncke.

Dilys Vyncke, pedagogisch adviseur, CLIL-coördinator en lid van de Vlaamse CLIL-adviescommissie: “Een leraar biologie die zijn vak in het Engels geeft, moet dus in de eerste plaats de eindtermen voor biologie halen. Enkel de doelen van dat vak wegen door bij attestering en kwalificering. Als je een vak in een andere taal aanbiedt, ontwikkelen leerlingen competenties in het vak én in de vreemde taal, naast de competenties die ze in de reguliere taallessen verwerven. CLIL verhoogt de taalgevoeligheid, taalbeheersing en de spreekdurf van de leerlingen, ook voor en in het Nederlands. Internationaal onderzoek bevestigt dat de leereffecten van CLIL erg doeltreffend zijn.”

Maximum 20%

CLIL staat voor Content and Language Integrated Learning. Een school die clil't moet aan drie voorwaarden voldoen. Ze mag buiten de reguliere lessen vreemde talen maximum 20% van haar onderwijstijd in een andere taal dan het Nederlands aanbieden. Daarnaast moet ze voor de CLIL-lessen in een parallel Nederlandstalig traject voorzien, tenzij àlle leerlingen willen clil'en. Ten slotte moet de school van de Vlaamse adviescommissie een gunstig advies krijgen om met CLIL te kunnen starten of haar aanbod uit te kunnen breiden.”

Dilys: “Het leerkrachtenteam beslist of het in een CLIL-traject stapt. Uiteraard moet de directie overtuigd zijn van de zinvolheid van het traject en moet je aanpak aansluiten bij het meertalenbeleid van de school.”

Taalattest

CLIL-leerkrachten beschikken over een C1-taalattest van een erkend taalcentrum. Ze leggen hiervoor een proef af of volgen een bijscholing om hun beheersing van de CLIL-taal op peil te brengen.

Dilys: “De meeste leerkrachten die in het BSO clil'en zijn anderstalig van thuis uit, hebben in een anderstalige regio of sector gewerkt of hebben een anderstalige partner. Maar CLIL-leerkrachten moeten de vreemde taal niet perfect beheersen. Als ze zelf een taalfout maken, is dat geen ramp. Samen met de leerlingen die fout rechtzetten, is ook een didactisch proces.”

Dilys_02.JPG
quote icoon

CLIL-didactiek: Bij het bekijken van een filmpje in het Duits bijvoorbeeld stel je de leerlingen gerust door hen erop te wijzen dat ze niet alles moeten begrijpen om de vragen te kunnen oplossen. Ze kunnen dikwijls zaken afleiden uit de omringende woorden.

Eigen tempo

Dilys: “CLIL zorgt voor een andere sfeer in de klas. De leerlingen uiten zich minder gecrispeerd. Ze ervaren dat ze zonder gezichtsverlies fouten mogen maken. Elke school bouwt op een eigen tempo aan haar CLIL-traject, en hiermee behalen we prachtige resultaten. Ik denk bijvoorbeeld aan het stevig uitgebouwde CLIL-project van GO! atheneum (KA1) Brugge Centrum (scholengroep Impact) als aan het kleinschalige, warme project van GO! atheneum Hasselt (scholengroep Next). In het GO! atheneum van Sint-Pieters-Woluwe (scholengroep Brussel) gebeuren de aanwervingen van de leerkrachten nu zelfs in functie van meertaligheid en CLIL.”

Groen, oranje of rood

Bij het aanvraagdossier om met CLIL te kunnen starten zitten de taalattesten van de CLIL-leerkrachten, het gunstige advies van de schoolraad en de goedkeuring van het Lokaal Overlegcomité.

Dilys: “De samenstelling ervan vraagt heel wat energie. Maar als je het grondig invult, ben je ook perfect voorbereid. Je dossier krijgt dan groen, oranje of het rood van afkeuring. Groen betekent dat je in september van het volgende schooljaar met CLIL kan starten. Bij oranje krijg je de kans om je aanvraag bij te werken en ze in april opnieuw in te dienen. Als je je aanbod wil uitbreiden, moet je hiervoor opnieuw een aanvraag doen.” 

CLIL-didactiek

Om het leervak in de CLIL-taal te geven doet de leerkracht een beroep op de CLIL-didactiek. Hij reikt de leerlingen bijvoorbeeld een aantal strategieën aan die ze kunnen toepassen als ze bepaalde dingen in de CLIL-taal niet begrijpen.

Dilys: “Bij het bekijken van een filmpje in het Duits bijvoorbeeld stel je de leerlingen gerust door hen erop te wijzen dat ze niet alles moeten begrijpen om de vragen te kunnen oplossen. Ze kunnen dikwijls zaken afleiden uit de omringende woorden. De leraar kan ook bepaalde moeilijke termen op voorhand aanbrengen. Als het echt vastloopt, kan je nog altijd naar het Nederlands terugschakelen.”

quote icoon

CLIL zorgt voor een andere sfeer in de klas. De leerlingen uiten zich minder gecrispeerd. Ze ervaren dat ze zonder gezichtsverlies fouten mogen maken.

— Dilys Vincke, pedagogisch adviseur en CLIL-coördinator PBD-GO!

Investering

Voor kleine scholen is de uitbouw van CLIL en het voorzien in een parallel Nederlandstalig traject een serieuze investering. Als je voor een leervak vier parallelklassen hebt, kan je die perfect in twee groepen delen. Heb je maar één klas, dan ligt dat moelijker.

Dilys: “Scholen proberen daarom via proeflessen alle leerlingen voor CLIL te motiveren en hun ouders van de voordelen van de CLIL-aanpak te overtuigen.”

Ook in scholen met een kansarme schoolpopulatie en een taalarme omgeving lijkt CLIL niet vanzelfsprekend.

Dilys: “In de ons omringende landen loopt CLIL bijna uitsluitend in het algemeen vormend onderwijs. Wij promoten het ook in de andere onderwijsvormen, omdat technische en praktijkvakken uiterst geschikt zijn om te clil’en en hun leerlingen er veel baat bij hebben.”

Wie clil't?

Momenteel clil'en 123 scholen in Vlaanderen en Brussel. De meeste kiezen voor Engels én Frans. Zes scholen doen het ook in het Duits. 22% of maar liefst 27 van deze scholen behoren tot het GO!. Geen enkele GO! school haakte af, volgend schooljaar komen er vele GO! scholen bij.

Dilys: “De motivatie van de scholen om te clil’en en voor een bepaalde taal te kiezen, verschilt enorm. Aardrijkskunde in het Engels bijvoorbeeld is een gedroomde combinatie. Scholen in het Brusselse hebben heel wat Franstalige leerlingen. Met de keuze voor Frans als CLIL-taal geef  je hen de kans om uit te blinken én hun taalbeheersing bij te schaven. Enkele Limburgse scholen kiezen dan weer om geografische redenen voor het Duits.”

CLIL de A jusqu’à Z

Dilys: “Scholen die met CLIL willen starten of hun CLIL-werking willen uitbouwen, kunnen bij mij terecht. Ik ben hun sidekick en ondersteun de werking op de klasvloer, help de scholen bij de opmaak van het aanvraagdossier en zoek mee naar een gepaste samenwerking tussen CLIL- en taalleerkrachten en tussen CLIL-leraren over de scholen heen. Ik geef ook nascholing via het vormingspakket ‘CLIL de A jusqu’à Z’.”

 

Meer info over deze ondersteuning én over de timing en procedure voor het indienen van je CLIL-aanvraag vind je op de virtuele ruimte CLIL (op smartschool).

Lees het volgende artikel

Ontvang het "Helemaal GO!"-magazine in je mailbox.

Laden...