Het 'GO!' (spreek uit: 'geeoo') werd met de invoering van een vernieuwde huisstijl en een logo in 2007 aangekondigd. Kwaliteitsvol onderwijs organiseren en aanbieden doen we uiteraard al veel langer!
Tot 1989 was het GO! bekend als rijksonderwijs en ressorteerde het rechtstreeks onder het (Rijks)ministerie van Onderwijs. Het was de bevoegde minister die de beslissingen nam.
De derde staatshervorming van 1988 maakte de Gemeenschappen bevoegd voor onderwijs. Hierbij werd niet enkel de bevoegdheid overgedragen naar het regionale niveau, er werd ook meer onafhankelijkheid in het bestuur toegekend. De benaming ‘rijksonderwijs’ werd vervangen door ‘gemeenschapsonderwijs en de beslissingsbevoegdheid werd overgedragen aan de Autonome Raad voor het Gemeenschapsonderwijs (ARGO). Dit was uniek in België.
Met het Bijzonder decreet betreffende het gemeenschapsonderwijs (BDGO) ging de decentralisatie tien jaar later (14 juli 1998) nog verder. Dit decreet legde de bestuursbevoegdheden voor het gemeenschapsonderwijs niet meer bij de ARGO - het centrale bestuursniveau - alleen, maar verdeelde die over drie verschillende niveaus:
Een groot aantal bevoegdheden werd aan de scholengroepen en de scholen toevertrouwd. De Raad van het Gemeenschapsonderwijs behield een deel van zijn oorspronkelijke bevoegdheden.
Het BDGO had nog een tweede belangrijke doelstelling. Het heeft er namelijk ook voor gezorgd dat de bestuursorganen niet meer politiek worden samengesteld. De leden van de Raad GO! worden rechtstreeks en democratisch verkozen, los van de partijpolitiek. Iedereen kan zich kandidaat stellen.
De kiesgerechtigden (dat zijn de leden van de schoolraden: personeelsleden en directeurs enerzijds; ouders en gecoöpteerde leden anderzijds) mogen maximum vijf namen aankruisen om geldig te stemmen. Een schoolvoorbeeld van directe democratie.