Al gehoord van het Lerend Netwerk GOK? Eind januari wijdde dit netwerk rond gelijke onderwijskansten een sessie aan digitale inclusie. Elisabeth De Vleeschauwer (beleidsmedewerker GOK, Huis van het GO!) en Rani Simoens (projectmedewerker digitale inclusie bij Mediawijs) lichten toe wat dit Lerend Netwerk inhoudt en hoe je digitale uitsluiting in het onderwijs zowel kan detecteren als afweren.
Elisabeth: “We vinden het in het GO! belangrijk om input vanuit het veld te verzamelen. In 2021 ontwikkelden we het GOK-wijs. Via focusgroepen leverden meer dan zeventig onderwijsprofessionals (directies, leerkrachten, GOK-coördinatoren, …) een actieve bijdrage. Daaruit is dan het lerend netwerk ontstaan. Sindsdien organiseren we viermaal per jaar het Lerend Netwerk GOK. Tijdens die digitale ontmoetingen denken we samen na over verschillende thema’s — zoals digitalisering bijvoorbeeld — vanuit een gelijke kansen-bril. Zo kunnen beleidsaanpassingen van onderuit vorm krijgen.”
“Het is een diverse groep van directeurs, GOK-coördinatoren en leerkrachten. De ene keer focussen we inhoudelijk op een thema, de andere keer komen er praktijkcases of gastsprekers aan bod. De deelnemers kiezen zelf welke thema’s aan bod zullen komen."
— Rani Simoens, Mediawijs
Tijdens haar talk voor het Lerend Netwerk GOK zoomde Rani Simoens (projectmedewerker bij Mediawijs) in op digitale inclusie in het onderwijs. Daarvoor vertrekt ze steevast vanuit vier centrale voorwaarden.
1. Toegang
Rani: “De basisvoorwaarde voor digitale inclusie is toegang. Uitsluiting begint al wanneer je geen toestel of kwaliteitsvolle internetverbinding hebt. Als school kan je toestellen of internet voorzien. Vele scholen kochten toestellen aan via Digisprong, en we raden vanuit Mediawijs aan om deze toestellen mee te geven naar huis. We vinden het namelijk belangrijk dat leerlingen méér leren dan enkel schoolwerk, dus dat ze via die toestellen bijvoorbeeld ook leren werken en omgaan met sociale media. Daarnaast kan je na de schooluren een computerlokaal openstellen of leerlingen via een klasbezoek laten kennismaken met een digipunt, bijvoorbeeld in de bibliotheek.”
2. Vaardigheden
Rani: “Je kan als leerkracht digitale vaardigheden trainen door korte digitale oefenkansen aan te bieden in je lessen. Denk maar aan het stimuleren van online opzoekingswerk of het gebruik van quiz-tools zoals Mentimeter of Padlet. Aparte lessen zijn dus niet altijd nodig. Het is net krachtig om digitale inclusie als rode draad te integreren doorheen verschillende lessen.”
3. Ondersteuningsnetwerk
Rani: “We zien heel vaak dat mensen in een digitaal-arme omgeving een verhoogd risico hebben om digitaal uitgesloten te worden. De school kan hierin ondersteuning bieden. Zo kan je een ‘digihelper’ voorzien.Dat is een aanspreekpunt voor leerlingen, leerkrachten of ouders met digitale vragen. Dit kan de pedagogisch ICT-coördinator zijn of een mediawijze collega. Een digihelper hoeft zelf niet alles te weten, maar kan doorverwijzen naar brochures (gratis aan te vragen, nvdr.) of openbare digipunten. Ook intern is een digihelper taboedoorbrekend voor collega’s die niet mee zijn in het digitale verhaal.”
4. Inclusion by design
Rani: “De laatste voorwaarde — inclusion by design — is vaak de moeilijkste, aangezien dit gaat over het creëren van digitale toepassingen. Maak je als school dus je eigen website of digitale nieuwsbrief, zorg er dan voor dat deze intuïtief en gebruiksvriendelijk is. Of als je dit niet zelf doet, kies dan voor toepassingen die hieraan voldoen. Zo beschikken mensen die digitaal uitgesloten zijn vaak enkel over een smartphone. Daarom is het dubbel zo belangrijk dat het platform van je school smartphone vriendelijk is. Hou daarnaast rekening met het click-call-connect principe. Spreek mensen digitaal aan (click), maar zorg ervoor dat zij die digitaal niet meekunnen kunnen bellen (call) of een aanspreekpunt hebben binnen de school (connect). Enkel zo zorg je voor een digitaal inclusief verhaal.”
Op mediawijs.be/digitaleinclusie vind je meer info, tools en webinars.
— Rani Simoens, Mediawijs
.